Vrijzinnig geloven is een vragende manier van geloven
Columns


Echo
Verkwikkend in een wereld te duiken waarin heelheid aan de orde is.
Voor me ligt het aandoenlijke kinderprentenboek Kleine Bever en de Echo van Amy MacDonald.
In het kort: Kleine Bever is van alles en iedereen verlaten. Wanhopig zit hij aan de rand van een bergmeer. De bergen weerkaatsen zijn luide wanhoopskreten. Kleine Bever stopt met huilen. “Waarom huil je zo?” vraagt Kleine Bever. “Waarom huil je zo?” klinkt de stem aan de overkant.
Kleine Bever antwoordt: “Ik ben zo alleen. Ik wil een vriendje.” De stem antwoordt: “Ik ben zo alleen. Ik wil een vriendje”. Kleine Bever stapt in zijn boot. Hij vertelt alle dieren die hij tegenkomt dat hij op zoek is naar iemand die zo moest huilen en een vriendje wil. Niemand huilde maar een vriendje willen ze allemaal wel. Eén voor eén klimmen ze bij Kleine Bever in de boot. Tot ze een wijze oude bever ontmoeten die Kleine Bever over de Echo vertelt. Dat de Echo aan de overkant woont, verdrietig is als jij verdrietig bent, blij als jij blij bent.
Hoe leerzaam ook voor ons.
Kleine Bever gaat op pad. Aangeraakt door het herkenbare verlangen van de ander. Gaat op zoek naar het huis van de stem. Krijgt onderweg vriendschappen waar hij zo naar hunkert. Leert uiteindelijk dat de stem geen huis heeft maar in hemzelf huist. Dat de ander en jij één zijn. Afgelopen week tijdens de popquiz in ons witte kerkje kwam “Let it be” van de Beatles langs. De wijze oude bever daar is Mother Mary. Laat de vragen maar komen. There will be an answer. Gaandeweg. Peddelend en wel.
De Oekraïense componist Valentin Silvestrov (1937), onlangs prachtig vertolkt door de Oekraïense pianist Dmytro Choni (1993) in de Edesche Concertzaal, zegt: ”Ik schrijf geen nieuwe muziek. Het is een reactie op een echo van iets wat al bestaat”.
Hoe mooi zou dat zijn. Heelheid en schoonheid vanuit de ons omringende echo.
Het licht is rond en rolt naar alle kanten
De bergen op en af, de dalen door,
De wezens in en uit en langs de planten
Stijgt het de bomen in en gaat het alles voor.
Waarheen? Ik vraag dat niet, ik kom, ik ga,
Omdat mijn handen en mijn voeten
Mijn ogen en mijn hart zo moeten
En ik het licht nu eenmaal zo versta.
Pierre Kemp (1886 – 1967)
Wilna Zonneveld