Vrijzinnig geloven is een vragende manier van geloven
Columns
Waar wachten we op?
Jaap Marinus stopt!
Ja, als columnist, want als onze inspirator gaat hij gewoon door. Maar, we moeten het voortaan doen zonder zijn ‘stukjes’ op deze website.
Aan mijn mede columnisten schreef ik: “Wat een vreugde om Marieke de Vries-Hofman in ons midden als mede-columnist welkom te mogen heten. Over zo’n zin zou ik wel een column kunnen schrijven :-)!” Daarbij speelde in mijn gedachten een column te schrijven over taal, en over het veranderen van taal en over wie weet wat nog meer.
Tegen zomaar iemand zou ik zeggen ‘Hartstikke blij, joh, dat Marieke meedoet’. Maar ik schreef ‘Wat een vreugde’. Is natuurlijk hetzelfde, maar toch een beetje anders. Misschien was het honderd jaar geleden de spreektaal die ik nu als schrijftaal gebruik.
“Hebban olla vogala nestas hagunnan hinase hic anda thu wat unbidan we nu?”
Dit zijn de eerste woorden van een liefdesliedje van bijna 1000 jaar oud. Een bijzonder liedje omdat het bestaat uit de eerste woorden die ooit in het Nederlands zijn opgeschreven. De zin is bijna duizend jaar geleden opgeschreven door een monnik. Het betekent: ‘Alle vogels zijn al aan het nestelen, behalve jij en ik; waar wachten we nog op?’
Nederlandse schrijftaal van toen, onherkenbaar nu, maar spraken ze toen ook zo?
Onze taal is een levende taal. Onder invloed van de tijd, andere talen en mensen is het Nederlands veranderd in de taal van nu. En die taal verandert steeds weer, zoals we zelf meemaken. M’n spellingschecker kent die Nederlandse woorden van 1000 jaar geleden niet eens. Verandering is de enige constante.
Zo lijkt taal best veel op onze vrijzinnige geloofsgemeenschap. Door de tijd is onze vereniging veranderd en zoeken we naar nieuwe wegen om ook in deze tijd betekenisvol te zijn.
Een nieuw jaar is gestart vol van hoop. Hoop op vrede, gezondheid, liefde en alles wat we elkaar toewensen. Onze kleinzoon van tien vroeg ons om een wens op een papiertje te schrijven. Alle papiertjes stopte hij in zo’n vuurwerkpot. Met vuurwerkbril op en de hulp van een aansteeklont schoot hij onze wensen de donkere nieuwjaarsnacht in. Even waren onze wensen schitterende sterretjes met tot slot een stevige knal! Niet ‘stil maar, wacht maar’, maar net als 1000 jaar geleden ‘waar wachten we nog op?’.
Gert van Dalen